Uncategorized

Waar zit het werk?

Voor het eerst in jaren zal in 2015 het aantal banen weer toenemen. Er komen naar schatting ruim 30.000 nieuwe banen bij, aldus de arbeidsmarktprognose die mijn collega’s onlangs hebben gepresenteerd. Waar heeft u de meeste kans op werk? De Nederlandse economie zal zich dit jaar naar verwachting verder herstellen en dit heeft een gunstig effect op de arbeidsmarkt. Het aantal vacatures stijgt, er komen meer banen en het aantal mensen met een WW-uitkering neemt af.

Positief
Het heeft lang geduurd, maar de jaarlijkse voorspelling van UWV over de ontwikkeling van de arbeidsmarkt was eindelijk weer positief van toon. We hebben het over relatief kleine aantallen, dus reden voor een juichstemming is er zeker niet. Dit gematigde optimisme was in de berichtgeving over de prognose terug te vinden. Een mooie omschrijving vond ik die van economieredacteur Esther Bijlo van Trouw. Zij noemde de ontwikkeling ‘Een groen sprietje op de dorre arbeidsmarkt’.

Waar is vraag naar personeel?
Waar vind ik die nieuwe banen, vraagt u zich af. Uit onderzoek van UWV blijkt het volgende. Op dit moment zijn er zo’n dertig beroepsgroepen waarbij er meer vraag is naar personeel dan er aanbod is. De sectoren waar dit speelt zijn de ICT, techniek en een aantal specialistische sectoren. Gewild zijn monteurs, lassers, technisch tekenaars, programmeurs of docenten in de vakken wis- en natuurkunde. Maar ook opticiens, registeraccountants, hoveniers en specialisten in ouderengeneeskunde. Bent u geschoold in een van deze beroepen, dan zitten er werkgevers op u te wachten. Zij geven aan dat ze op dit moment moeite hebben om deze vacatures te vervullen. In sommige gevallen zijn er zelfs al tekorten.

En waar minder?
Aan de andere kant zijn er ook beroepen waarbij de kansen op werk lager zijn dan gemiddeld. Voor deze beroepen is het aanbod (veel) groter dan het aantal vacatures. Het gaat vooral om administratieve beroepen en functies binnen krimpende sectoren. Dat geldt bijvoorbeeld voor wie aan de slag wil als receptionist, administratief medewerker, conciërge of medewerker facilitaire dienst.

Op middelbaar en hoger niveau geldt dit voor secretaressen, boekhouders en financieel-administratief medewerkers. Belangrijke reden hiervoor is de toenemende digitalisering. In combinatie met de crisis heeft dit er toe geleid dat veel van deze banen zijn verdwenen in de afgelopen jaren. Een andere krimpsector is zorg en welzijn. Hier verloren met name veel helpenden, sociaal-cultureel werkers en leiders in de kinderopvang hun baan.

Andere richtingen
Werkzoekenden die zoeken binnen deze beroepen doen er goed aan om ook te kijken in andere beroepsrichtingen en (om)scholing te overwegen. Ik weet, dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Maar de arbeidsmarkt is voortdurend in beweging en vraag en aanbod veranderen onder invloed van economische, technologische en maatschappelijke ontwikkelingen.

Een inspirerend voorbeeld van iemand die een ommezwaai had gemaakt, zag ik bij een televisieprogramma van Omroep Max. Een mevrouw van 58 had zich na bijna veertig jaar als secretaresse in de bouw te hebben gewerkt omgeschoold tot –jawel- uitvaartondernemer. En met succes, want na te zijn gestart als medewerker bij een uitvaartorganisatie, is ze voor zichzelf begonnen. Zo’n voorbeeld geeft mij het vertrouwen dat het groene sprietje kan uitgroeien tot een mooi gazon.

Bron: Telegraaf.nl